Dit is een kort verslag van hoe tram 403 op 12 mei 2011 op weg ging naar zijn nieuwe bestemming.
Deze Gentse tram werd begin jaren 60 vorige eeuw door mijn ouders gekocht, met de bedoeling er een weekend- en vakantiehuisje van te maken.
De Gentse tram-maatschappij verkocht in die tijd regelmatig oude trams om ze door modernere te vervangen. Deze tram werd aan het begin van de eeuw gebouwd (1903-1913?) en had dus zijn rust na al die jaren dienst rijkelijk verdiend.
Ik zelf was nog een klein jongetje toen de bleekgele tram op zijn plaats in de velden van Drongen-Luchteren terecht kwam. Maar wat een avontuur! In die tijd was het straatje half kassei-half zandweg en het stond bol door de karrensporen van de boeren. De boerinnen gingen één keer per jaar naar Gent en veel boeren hadden nog nooit een tram gezien. Het vervoer van zo'n groot en zwaar gevaarte was in die tijd ook geen kleinigheid en de chauffeur zou voor hij het weiland opreed gezegd hebben "woar da'k vastgeroake, zettuk em af!"
Het idee van mijn ouders was simpel: ze wilden een stacaravan met panoramisch uitzicht over de velden, dus een tram leek ideaal. Ik herinner mij vooral de geur van vies zwart vet, vies vet dat overal zat, het leek alsof de oude tram zwart vet zweette. Ik weet niet meer hoelang de verbouwing geduurd heeft, maar voor ons kinderen verminderde de "speelwaarde" heel snel: het pedaal waarmee de trambel bediend werd verdween, de fantastische bestuurders-"cockpit" verdween en de zitbanken werden door Nonkel Pol, de plaatselijke smid, vloekend en zwetend met een snijbrander verwijderd. Waarbij tram 403 bijna door brand verloren ging...
Maar het werd een paradijsje, onder de ruisende populieren groeide rond de tram een microkosmos van avonturen, vrienden en stapels pannekoeken. Uit het kleine keuken-platform toverde mijn moeder, met wat er in de kofferbak van de auto zat, complete maaltijden voor ons en voor familie en vrienden, We zwommen en visten in de beek. Soms vingen we een vis groot genoeg voor het avondeten. We stonken naar het water van de beek, zelfs na een grondige schrobbeurt voor het slapengaan.
Voor mijn moeder was het avondeten niet compleet, zonder een "crèmeke" (pudding) "om de gaatjes te vullen" zoals ze zei. Ik zie haar nog over het weiland lopen in haar keukenschort, met in haar hand een pannetje. Ze had voor het crèmeke melk nodig, maar de koe had geen zin om stil te staan...
En dan de pony's! Er waren altijd pony's. Eén ervan, Vlasta, had het verband tussen mensen en pannekoeken begrepen. Ze stapte de tram binnen door de klapdeur, ging behoedzaam door de schuifdeur naar het middendeel, liep naar de tafel en nam met voorzichtige lippen een pannekoek van één van de borden. Waarna ze rustig doorliep en door de andere deur met haar buit naar buiten stapte...
Naarmate mijn ouders ouder werden brachten ze meer tijd door in hun tram, vaak met vrienden, vaak rustig samen, genietend van de eenvoud, het groen en de stilte, zonder telefoon, elektriciteit en stromend water. Als het donker werd staken ze kaarsen aan en vaak scrabbelden ze dan nog een uurtje.
In 2008, een paar jaar na mijn vader, overleed ook mijn moeder. De tram bleef verweesd en doelloos achter. Kort na het overlijden kregen we bezoek van Rik Gorleer, die tijdens een wandeling de tram ontdekte en als kenner zag dat het om een bijzonder stuk ging. Hij bracht ons in contact met de vereniging Erfgoed Trams Gent. en bleef enthousiast betrokken bij heel de tram 403-reddingsoperatie.
De 403 kan nu aan zijn derde leven beginnen.
In Weelde in een loods, beschut tegen weer en wind, zal hij geduldig wachten op een liefdevolle restauratie.
Het kon niet beter verlopen zijn.
Bert Vercauteren,
Drongen, voorjaar 2011
PS Voor wie de foto's wil bekijken: het laden van de foto-verzameling duurt soms vrij lang.....
Je kan de foto's als een diareeks bekijken, door op "play" te klikken, linksboven in de grote foto. Je kan op ieder moment op "pause" klikken om een foto langer te bekijken.
Een andere mogelijkheid is om de miniatuur-foto's één voor één te klikken.
Deze Gentse tram werd begin jaren 60 vorige eeuw door mijn ouders gekocht, met de bedoeling er een weekend- en vakantiehuisje van te maken.
De Gentse tram-maatschappij verkocht in die tijd regelmatig oude trams om ze door modernere te vervangen. Deze tram werd aan het begin van de eeuw gebouwd (1903-1913?) en had dus zijn rust na al die jaren dienst rijkelijk verdiend.
Ik zelf was nog een klein jongetje toen de bleekgele tram op zijn plaats in de velden van Drongen-Luchteren terecht kwam. Maar wat een avontuur! In die tijd was het straatje half kassei-half zandweg en het stond bol door de karrensporen van de boeren. De boerinnen gingen één keer per jaar naar Gent en veel boeren hadden nog nooit een tram gezien. Het vervoer van zo'n groot en zwaar gevaarte was in die tijd ook geen kleinigheid en de chauffeur zou voor hij het weiland opreed gezegd hebben "woar da'k vastgeroake, zettuk em af!"
Het idee van mijn ouders was simpel: ze wilden een stacaravan met panoramisch uitzicht over de velden, dus een tram leek ideaal. Ik herinner mij vooral de geur van vies zwart vet, vies vet dat overal zat, het leek alsof de oude tram zwart vet zweette. Ik weet niet meer hoelang de verbouwing geduurd heeft, maar voor ons kinderen verminderde de "speelwaarde" heel snel: het pedaal waarmee de trambel bediend werd verdween, de fantastische bestuurders-"cockpit" verdween en de zitbanken werden door Nonkel Pol, de plaatselijke smid, vloekend en zwetend met een snijbrander verwijderd. Waarbij tram 403 bijna door brand verloren ging...
Maar het werd een paradijsje, onder de ruisende populieren groeide rond de tram een microkosmos van avonturen, vrienden en stapels pannekoeken. Uit het kleine keuken-platform toverde mijn moeder, met wat er in de kofferbak van de auto zat, complete maaltijden voor ons en voor familie en vrienden, We zwommen en visten in de beek. Soms vingen we een vis groot genoeg voor het avondeten. We stonken naar het water van de beek, zelfs na een grondige schrobbeurt voor het slapengaan.
Voor mijn moeder was het avondeten niet compleet, zonder een "crèmeke" (pudding) "om de gaatjes te vullen" zoals ze zei. Ik zie haar nog over het weiland lopen in haar keukenschort, met in haar hand een pannetje. Ze had voor het crèmeke melk nodig, maar de koe had geen zin om stil te staan...
En dan de pony's! Er waren altijd pony's. Eén ervan, Vlasta, had het verband tussen mensen en pannekoeken begrepen. Ze stapte de tram binnen door de klapdeur, ging behoedzaam door de schuifdeur naar het middendeel, liep naar de tafel en nam met voorzichtige lippen een pannekoek van één van de borden. Waarna ze rustig doorliep en door de andere deur met haar buit naar buiten stapte...
Naarmate mijn ouders ouder werden brachten ze meer tijd door in hun tram, vaak met vrienden, vaak rustig samen, genietend van de eenvoud, het groen en de stilte, zonder telefoon, elektriciteit en stromend water. Als het donker werd staken ze kaarsen aan en vaak scrabbelden ze dan nog een uurtje.
In 2008, een paar jaar na mijn vader, overleed ook mijn moeder. De tram bleef verweesd en doelloos achter. Kort na het overlijden kregen we bezoek van Rik Gorleer, die tijdens een wandeling de tram ontdekte en als kenner zag dat het om een bijzonder stuk ging. Hij bracht ons in contact met de vereniging Erfgoed Trams Gent. en bleef enthousiast betrokken bij heel de tram 403-reddingsoperatie.
De 403 kan nu aan zijn derde leven beginnen.
In Weelde in een loods, beschut tegen weer en wind, zal hij geduldig wachten op een liefdevolle restauratie.
Het kon niet beter verlopen zijn.
Bert Vercauteren,
Drongen, voorjaar 2011
PS Voor wie de foto's wil bekijken: het laden van de foto-verzameling duurt soms vrij lang.....
Je kan de foto's als een diareeks bekijken, door op "play" te klikken, linksboven in de grote foto. Je kan op ieder moment op "pause" klikken om een foto langer te bekijken.
Een andere mogelijkheid is om de miniatuur-foto's één voor één te klikken.